Afbeelding
Foto:

Extra koelunit voor overledenen geplaatst

OLDENZAAL - Afgelopen week is bij het uitvaartcentrum aan de Schipleidelaan in Oldenzaal een extra koelunit geplaatst. Het uitvaartcentrum redt het niet meer met de reguliere koelcapaciteit. Er zijn landelijk 10 procent meer overledenen dan voorgaande jaren, mede als gevolg van de coronacrisis. Vanwege deze grote toename is er tijdelijk extra koelcapaciteit toegevoegd, waardoor uitvaartorganisatie DELA een waardig afscheid kan blijven realiseren.

Burgemeester Patrick Welman: "Het is verschrikkelijk dat deze uitbreiding van de capaciteit van het uitvaartcentrum nodig is en een teken aan de wand, wat mij betreft. Dat het coronavirus slachtoffers maakt weten we, maar hierdoor komt het wel erg dichtbij en wordt het pijnlijk zichtbaar. Het raakt me dat er zoveel mensen in deze bizarre tijd afscheid moeten nemen van dierbaren. Mijn gedachten gaan dan ook allereerst uit naar al diegenen die dit lot treft.” De burgemeester benadrukt dan ook dat het belangrijk is om ons de komende tijd aan de regels te houden. "Zeker ook met het oog op de o zo gevaarlijke Britse variant en de toch al niet al te rooskleurige uitgangspositie waarin Twente verkeert. Zorg goed voor uzelf en voor elkaar. Zorg dat u gezond blijft. Alleen zo kunnen we ervoor zorgen dat de zorg, maar ook deze laatste stap in de keten, niet nog verder belast raakt.”

Extra ruimte
Namens coöperatie DELA, eigenaar van het uitvaartcentrum, geeft locatiemanager Charles Meiling aan dat het in januari als gebruikelijk drukker is in de uitvaartbranche. In de wintermaanden en griepseizoenen overlijden meer mensen. "In de maand januari wordt normaal gesproken 100% van de koelruimte gebruikt. Dat betekent dat er negen overledenen tegelijkertijd kunnen worden ondergebracht in koelruimtes. Door het bijplaatsen van een unit is er extra ruimte voor acht overledenen gecreëerd. Die ruimte is ook hard nodig nu er meer mensen overlijden door de coronapandemie." DELA heeft de unit in overleg met de gemeente Oldenzaal geplaatst.